Het online seksueel grensoverschrijdend gedrag van acteur Thijs Römer heeft diepe littekens achtergelaten bij zijn slachtoffers. Nena Kruizenga (21), een van de vrouwen die als minderjarige slachtoffer werd van Römers handelen, doet in een interview met Story een aangrijpende bekentenis over haar mentale strijd en opname in een psychiatrische instelling.
Gedwongen opname na zelfmoordpogingen
Nena vertelt openhartig hoe haar leven na de rechtszaak volledig instortte. Op 16 januari 2024 werd ze gedwongen opgenomen op de High Intensive Care-afdeling van de GGZ in Drenthe. “In de periode na de rechtszaak ging het bergafwaarts met me. Ik voelde geen steun, iedereen in mijn omgeving zweeg over alles wat er was gebeurd. Dat zorgde ervoor dat ik suïcidaal werd.”
Ze beschrijft hoe ze meerdere zelfmoordpogingen ondernam en zelfs op de Intensive Care belandde. “Dat zegt genoeg, het was echt kantje boord.”
Haar opname was niet vrijwillig, benadrukt ze. “Ik werd gedwongen! Toen ik daarbinnen kwam vroegen de behandelaars wat er met me aan de hand was. Ik wil dood, het kan me niet schelen hoe dat gebeurt. Maar linksom of rechtsom: ik wil dood. Daar was ik heel stellig in.”
Elf maanden op gesloten afdeling
Nena verbleef elf maanden op de gesloten afdeling voordat ze werd overgeplaatst naar een reguliere afdeling. Pas anderhalf jaar later mocht ze weer naar huis. In die periode begon langzaam haar herstel. “Toen ik weer helder na kon denken, dacht ik: ik heb nog zoveel om voor te leven en ik kan veel meisjes en jongens helpen die soortgelijke dingen hebben meegemaakt.”
Nog altijd geen excuses van Römer
Hoewel Nena haar levenslust deels heeft teruggevonden, blijft het uitblijven van excuses van Thijs Römer zwaar wegen. “De behandelaars zeiden tegen mij: excuses van Thijs Römer zijn belangrijk voor jou. Maar ik heb het begrip van Thijs gemist, hij heeft nog steeds zijn excuses niet aangeboden.”
Ze staat nu wel open voor die excuses, iets wat eerder niet het geval was. “Ik zou zijn excuses en begrip nu wel fijn vinden. Maar hij heeft tot op de dag van vandaag nog nooit sorry gezegd, dus daar reken ik maar niet meer op.”