Hans Klok betreurt de afnemende homo-acceptatie in Nederland. Van de jongeren in de regio Amsterdam vindt nog maar 43 procent homoseksualiteit normaal, blijkt uit cijfers van de GGD Amsterdam. Het komt volgens Hans doordat in Nederland te veel culturen samenkomen.
“Homohaat is weer heel groot geworden”, zegt Hans, zelf homoseksueel, in het programma Vibestalk met zanger Tim Douwsma. “Wij waren de gay capital van de wereld twintig jaar geleden. Mensen duiken nu allemaal weer terug de kast in. Dat moet niet nog tien jaar doorgaan.’
Hans denkt ook te weten hoe dat komt. “Dat is gewoon omdat we te veel culturen in één landje gooien. Dat is gewoon zo. Je kunt ook niet een schaap in een kooi zetten met leeuwen. Sommige dingen werken niet samen.” Volgens de illusionist is het voor migranten belangrijk om zich aan te passen. “Ik ben zelf zo vaak de buitenlander geweest in een land. Dan moet ik me aanpassen aan het land en dat moet goed geregeld worden.”
Hans haalt uit naar de politiek in Nederland. “We hebben de afgelopen jaren heel slappe politiek gehad. Altijd moest maar alles kunnen en nu hebben we het probleem. Pim Fortuyn zei het 23 jaar geleden al. Dit hebben we zelf over ons heen afgeroepen en nu willen mensen het nog in goede banen leiden.”
Tim Douwsma vraagt ‘waar het naartoe gaat’. “De hoop houd je altijd. Ik zie families met kinderen naar het circus komen. De wereld van het circus is heel gelukkig. Het is mooi om mensen zich te laten verwonderen. Maar buiten de bubbel tolereren en respecteren mensen elkaar niet meer. Het verhardt, het gaat niet goed. Ik zie vrienden naar het buitenland gaan en elders wonen. Mensen willen helemaal niet meer hier wonen. Dat is ook heel slecht. Iedereen wil emigreren. Ikzelf niet, want ik ben een echte Nederlander. Ik wijs natuurlijk wel veel, maar er zijn ook mensen die het land echt ontvluchten. Dat is gewoon verschrikkelijk.
Hoe zit de homo-acceptatie bij migranten in Nederland?
Over het algemeen hebben mensen met een Turkse, Marokkaanse en vooral Somalische achtergrond de minst positieve opvattingen ten aanzien van homoseksualiteit, bleek uit een rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau in 2022. De opvattingen van mensen zonder migratieachtergrond of met een Iraanse migratieachtergrond zijn het meest positief. Ook zijn de opvattingen van de Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders overwegend positief. De Poolse groep denkt ook overwegend positief over homoseksualiteit, al zijn hun opvattingen wat minder positief dan die van de Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders.
Onder alle groepen geldt dat maar een klein deel het niet eens is met de stelling dat homoseksuele mannen en vrouwen hun leven moeten kunnen leiden zoals zij dat willen. De weerstand is ook relatief klein ten opzichte van twee mannen die hand in hand met elkaar lopen. Bij de Turkse, Marokkaanse en Somalische Nederlanders is minder dan de helft van mening dat het goed is dat homoseksuelen met elkaar mogen trouwen en geeft juist meer dan de helft aan dat het een probleem is als hun kind iemand van hetzelfde geslacht als vaste partner zou hebben.
Bij de andere groepen, uitgezonderd de Poolse groep, is dit precies omgekeerd. Een nipte meerderheid van hen vindt het wel goed dat homoseksuelen met elkaar mogen trouwen, maar een minderheid (38%) geeft aan het geen probleem te vinden als hun kind iemand van hetzelfde geslacht als vaste partner zou hebben. Dat Turkse, Marokkaanse en Somalische Nederlanders gemiddeld genomen de minst positieve houdingen hebben, heeft onder meer te maken met hun religieuze achtergrond.